Trouw, 25 juli 2018
Peter van der Lint
 
Wagner: Parsifal, Bayerische Staatsoper, ab 28. Juni 2018
 
'Parsifal' van Wagner is een triomf voor Pierre Audi
Een triomf voor Pierre Audi. Dit keer niet in Amsterdam, waar hij onlangs afscheid nam van De Nationale Opera, maar in München. Daar is deze maand zijn nieuwe enscenering te zien van Wagners 'Parsifal', die hij samen met beeldend kunstenaar Georg Baselitz in elkaar toverde. Met een topcast en met dirigent Kirill Petrenko, die voor de eerste keer Wagners laatste opera dirigeerde, ontstond een voorstelling waarvoor ze in Duitsland zo'n toepasselijk woord hebben: Sternstunde!

Een sterre-uur, een eenmalig hoogtepunt. En laten we maar het meervoud gebruiken, want de ruim vier uur die Petrenko nodig had om van de eerste maat bij de laatste uit te komen, waren alle vier van hetzelfde muzikale kaliber: Sternstunden.

Afgezien van het muzikale aandeel dacht men daar in Duitsland zelf heel anders over. Op de premièreavond eind juni werden Audi en Baselitz bedolven onder een boe-lawine, en de grote Duitse kranten hadden voor de bijzondere samenwerking amper een goed woord over. Maar in de Britse krant The Telegraph meldde veteraan-criticus Rupert Christiansen: 'Ignore the boos, this Parsifal is the opera-experience of a lifetime'. Hij gaf vijf sterren, en schreef aan het slot van zijn recensie dat hij graag het dubbele aantal had gegeven.

Geen sinecure
Samenwerken met beeldend kunstenaars in een opera is geen sinecure, want als regisseur word je opgezadeld met een statisch kunstwerk als decor. Maar Pierre Audi heeft er veel ervaring mee. Hij werkte al samen met Anish Kapoor (Wagner en Debussy), Karel Appel (Mozart en Janssen), Jannis Kounnelis (Wagner, Schönberg en Feldman) en Jonathan Meese (Rihm). En nu moest Audi wat aanvangen met de Parsifal-ontwerpen van Georg Baselitz, met wie hij in Amsterdam overigens al eens samenwerkte voor Birtwistle's 'Punch and Judy' (1993). Het resultaat was deze keer adembenemend goed, anders én beter dan de Parsifal die hij in Amsterdam met Kapoor maakte.

In de donkere en duistere wereld van de op Baselitz' 'Schwarze Serie' (2012) gebaseerde decors, riep Audi een hoopvolle wereld op waarin compassie, liefde en zelfinzicht een hoofdrol speelden. In Wagners met christelijke symbolen overladen opera kan Parsifal de gedoemde graalridders (ze zijn de heilige speer kwijt waarmee hun leider Amfortas een eeuwige wond opliep) alleen maar redden als hij als 'reiner Tor, durch Mitleid wissend' wordt. Een dwaas die inzicht verkrijgt door medelijden dus.

Generale pauze
En dat 'Mitleid' doorkruiste de hele avond de bühne, in gelijke mate opgaand met de zinderende compassie die Petrenko uit de bak liet opstijgen. Een Wagner ontdaan van de zware muzikale relikwieën waardoor de partituur door de jaren heen steeds walmender en zalvender was gaan klinken. Alleen al die generale pauze die Petrenko durfde te nemen nadat Parsifal het inzicht verkrijgt en de naam van Amfortas uitschreeuwt, leverde een ongekende spanning op.

En zoals Petrenko de zwaarte van de muziek verving door licht en relatieve snelheid, zo ontdeed Audi de beeldtaal van de gebruikelijke relikwieën. Audi weet spanningsvelden te creëren door bijvoorbeeld aan het begin van de derde akte Gurnemanz, Kundry en Parsifal op het toneel aanwezig te laten zijn. Direct zoekt het oog van de toeschouwer een verband tussen de drie en Audi laat hen in een wonderschone choreografie om elkaar heen draaien. Ook al kun je bij de intuïtieve werkwijze van Audi niet alles direct verklaren, je voelt dat je bij iets betekenisvols aanwezig bent.

Beeldrijm
Prachtig hoe Parsifal in de eerste akte als een bang jongetje tegen Gurnemanz aankruipt. De oude graalridder houdt dan even zijn handen voor Parsifals ogen, een mooi beeldrijm met het slot van de opera als Parsifal en de graalridders allemaal hun ogen met hun handen bedekken als teken van de verworven zelfkennis. Audi laat Amfortas, die eruitziet als een gewonde zwaan, in die eerste akte al verwonderd naar Parsifal kijken, alsof hij dan al vermoedt dat deze dwaze knaap hem uiteindelijk zal redden. Audi's beelden van compassie contrasteren prachtig met de zwartgeblakerde bomenwereld van Baselitz, die aan het eind ook nog eens uitzichtloos in elkaar zakt.

Duitse critici hoonden niet alleen de intuïtieve regie van Audi weg, wars als die is van het door Duitsers zo geliefde Regie-Konzept dat ze minutieus kunnen analyseren, maar ook de decorontwerpen van Baselitz. Ze vonden het voorspelbaar en lachwekkend dat Baselitz het bomendecor van de eerste akte in de laatste akte ondersteboven presenteerde. Maar dat is zoiets als Baselitz zijn signatuur ontnemen, want die schildert zaken nou eenmaal altijd op zijn kop. Bovendien zingt Parsifal in die laatste akte ook nog: 'Verändert dünkt mich alles.' Me dunkt.

Senang
In deze wondere wereld van Audi, Baselitz en Petrenko liepen zangers rond die nauwelijks te overtreffen waren, en die zich hoor- en zichtbaar senang voelden in deze compassievolle omgeving. Jonas Kaufmann (Parsifal), Nina Stemme (Kundry), René Pape (Gurnemanz), Christian Gerhaher (Amfortas) en Wolfgang Koch (Klingsor), allemaal gaven deze wereldsterren in deze vierde voorstelling van de reeks het allerbeste van zichzelf. En ze werden daarvoor door een verbluft publiek in het theater gul beloond. Leuk dat de zangers ook applaus gingen halen op het grote plein voor het theater waar duizenden mensen de opera op een groot scherm hadden gevolgd. Het enthousiasme daar was al even groot als binnen.






 
 
  www.jkaufmann.info back top